We hebben meer Stadmakers nodig

We hebben meer Stadmakers nodig

Van sommige gebouwen kun je je niet voorstellen dat ze er ooit niet waren. Of erger nog, dat ze er ooit niet meer zullen zijn. Het beste voorbeeld zijn vermoedelijk kerken. Als je door Limburg rijdt, zie je overal kerktorens boven de heuvels uitsteken. Waarschijnlijk herken je er zelf ook een aantal. Rijd je op de provinciale weg tussen Vaals en Gulpen, dan zie je bijvoorbeeld de kerk van Vijlen liggen. Die toren hoort onlosmakelijk bij het dorp. Of neem de kerk van Hulsberg die al vanaf vele tientallen meters in de omtrek zichtbaar is. Ze zijn beiden niet weg te denken uit het landschap, horen bij de dorpskernen en daarmee bij de mensen die er wonen.

De komende jaren zullen we steeds meer kerken leeg komen te staan. Kerkbezoek loopt terug, er zijn nauwelijks nog priesters te vinden en het ligt dus voor de hand dat er kerkgebouwen ‘aan de eredienst onttrokken’ worden. Maar het wegvallen van hun originele functie betekent niet dat de constructies geen waarde meer hebben voor de omgeving. Ze zijn er in de voorliggende jaren deel van de identiteit gaan uitmaken.

Zo werkt het voor veel gebouwen. Denk maar eens aan de wijk, stad of dorp waar je zelf woont. Daar staan ongetwijfeld gebouwen waarvan de waarde niet meer in de oorspronkelijke bestemming ligt, maar waarvan het toch eeuwig zonde zou zijn als ze verdwijnen.

Kerken krijgen vaak een nieuwe bestemming. Van appartementen tot een winkel, van een museum tot een hotel. Ze worden zelden afgebroken. Gebeurt dat wel, dan halen de sloopplannen altijd de pers en is het verzet vaak hevig. Daaraan herken je de emotionele waarde van de gebouwen.

Ook voor de minder in het oog springende gebouwen als een oude fabriek, verlaten schuren of een voormalige school telt dat ze waarde hebben voor hun omgeving. Ze hebben hun plaats in het collectief geheugen en de identiteit van de bewoners in de omgeving en de mensen die er dagelijks voorbijlopen of rijden.

Het is niet alleen zonde om steeds te kiezen voor nieuwbouw, het koppelt mensen ook in toenemende mate los van hun omgeving. Het is moeilijk om een band te voelen met een nieuw gebouw dat puur ontworpen is met efficiëntie in het achterhoofd.

Ik ben ervan overtuigd dat oude constructies een tweede en derde leven verdienen. Door bestaande gebouwen te renoveren en weer af te stemmen op de wensen van nieuwe gebruikers en een nieuw tijdperk blazen we nieuw leven in samenlevingen. Omliggende straten, buurten en dorpen profiteren mee en krijgen een boost. Dat noemen we Stadmaken bij Concept* Cloudt.

Erken dat sentiment waarde heeft, dat gebouwen belangrijk zijn in de identiteit van mensen en wees er daarom zuinig op. Zeker in tijden waarin het gevoel heerst dat gemeenschapszin het steeds vaker verliest van individualisme moeten we ons realiseren dat ook architectuur en bouw een rol spelen. En de wereld kan wel wat meer Stadmakers gebruiken.

 

 

Nicole Cloudt